Home » Succesvol vissen op 2000 hectare!
Karper

Succesvol vissen op 2000 hectare!

Ik neem jullie mee door een sessie die ik samen met Mart viste op een water van meer dan 2000 hectare. Alles begint natuurlijk met een goed plan vanuit de zetel. Hierbij is het belangrijk dat de neuzen dezelfde kant op staan: samen uit, samen thuis! Zekerheid op succes heb je nooit, want je bent afhankelijk van zaken die je niet kunt beïnvloeden. Denk aan andere vissers, weersomstandigheden en meer!

Voorbereidend werk

We besluiten twee soorten boilies mee te nemen: een zoete en een vismeelboilie. In totaal nemen we 170 kilo mee, aangevuld met 25 kilo droge tijgernoten. Serieuze hoeveelheden, maar op groot water is dat heel normaal.

Ik ga bijna nooit meer zonder groot haakaas op pad

Ik ben een fan van grote boilies: 25 millimeter om mee te voeren en nog grotere als haakaas. Buiten het aas moet ook je materiaal voor groot water flink aangepast worden.

Een beetje wind zorgt al voor de nodige golfslag, dus een stevig anker is onmisbaar. Daarnaast zorgen we ervoor dat we de accu’s kunnen opladen, zodat we nooit zonder stroom zitten.

Met ruimt over klaar voor vertrek

Vertrek en aankomst

Tijdens het inpakken besluiten we van water te wisselen. Het oorspronkelijke water was enorm groot en de weersverwachtingen zijn verre van ideaal. Omdat we toch vis willen vangen, kiezen we een iets kleiner water met een goed visbestand. Dit water is met zijn 2000 hectare nog steeds enorm groot.

Die ochtend vertrekken we rond vijf uur en leggen enkele honderden kilometers af richting het water. Bij aankomst bespreken we waar we willen beginnen. Onze oog viel eerst op een eilandstek, waarmee we tegen een verboden stuk aan konden vissen. Helaas bleek deze stek al bezet en stond de wind volledig de andere kant op.

Op de wind aan de lange zijde van het water

Stekkeuze

Met onze favoriete stek bezet besluiten we naar de lange kant van het water te gaan, waar de wind vol op staat. Hier zijn enkele stekken, waarvan er maar één bezet is. Na een praatje met de Duitsers die daar vissen, horen we dat ze na een slechte week vertrekken. Deze stek ligt centraal, met grote wiervelden op verschillende afstanden. Na het bekijken van de andere opties besluiten we deze stek over te nemen.

Belangrijk in onze keuze is dat links van onze stek kilometers geen andere bereikbare stek is, waardoor we niet geblokt kunnen worden. Na wat speurwerk overleg ik met Mart. Ik wil graag vissen op het verst gelegen wierveld, op 300 meter uit de kant, met een halve maan aan voer. Mart kiest voor een wierbed op 100 meter met een vijf meter diepe geul ernaast. We leggen ieder drie hengels spot-on in en rond deze wiervelden.

Ik mix graag zoet met vismeel, zo spreek ik een groter deel van de populatie aan!

Voeren, de laatste meters en haakaas

We voeren met een mix van zoete en vismeelbollen. Het liefst voer ik 25 kilo in één keer op de wiervelden, aangevuld met tien kilo tijgernoten. Dit verspreid ik over een halve maan van 200 meter breed. Elke dag rond het middaguur herhaal ik dit patroon. Als er geen vis wordt gevangen, pas ik mijn strategie aan.

Mijn onderlijn is simpel: een curve shank maatje 1, een blowback-ring, putty of knijplood en wat krimpkous over de knopen. Belangrijk is een dikke voorslag van tien meter met wat rek, essentieel tijdens de dril in de planten. Als hoofdlijn gebruik ik een zinkende gevlochten lijn van 0,20 millimeter. Ons haakaas bestaat uit grote boilies: 32 millimeter hookbaits of snowmans met een 20 millimeter pop-up. Groot aas wordt vaak onderschat, maar karpers pakken dit met gemak op.

32 millimeter lijkt soms nog te klein als je ziet hoe groot de bekken van deze grootwaterkarpers zijn. Daarnaast lijkt met klein aas vissen soms wel de huidige trend, vergeet het grote aas dus niet!

Een heerlijke start

De eerste nacht

De eerste avond kruipen we na een biertje vroeg in de slaapzak. We hopen dat we die eerste belangrijke vis vangen, maar de nacht blijft stil. In de ochtend vangen we nog wel twee vissen op de stekken op 300 meter. Dolblij hebben we nu aanknopingspunten. We besluiten om door te gaan met het voeren maar de volgende twee dagen blijft het compleet stil!

Na enige tijd krijgen we toch weer een aanbeet, helaas van een meerval. Uiteindelijk vangen we er acht(!) waaronder een monster van minstens twee meter. Dit exemplaar leverde een dril van meer dan een halfuur op, waarna de wartel brak. Wat een kracht hebben die beesten!

Niet normaal, de kracht die deze beesten hebben

Alsof dat nog niet genoeg was, besloot een controleur dwars door onze lijnen te varen omdat we op 300 meter zaten te vissen, terwijl 100 meter is toegestaan. Je kan je voorstellen wat voor ellende dit gaf… Tijd voor een nieuw plan!

Masterplan

De derde ochtend besluiten we de meervallen te slim af te zijn. De knoflookbollen die we bij ons hebben zitten vol met vismeel, en trekken te veel aandacht. We besluiten alleen nog maar zoete boilies te voeren. Die ochtend gaat er 30 kilo bollen en tijgernoten in, vlak voor een storm die later die dag zou opsteken.

We voegen een vierde hengel toe, die ik op 80 meter links van mijn meest linkse hengel plaats. Ondertussen verplaatsen we twee hengels van Mart naar het verlengde rechts naast mijn stek, richting het laatste wierbed. We hopen dat de combinatie van de storm en de zoete boilies de meerval op afstand zal houden.

Die middag trekt de storm flink aan, met grote golven en schuimkoppen die over de enorme plas razen. De dalende temperatuur komt ons goed uit; dat maakt de omstandigheden hopelijk gunstiger. Die avond kruipen we gespannen de slaapzak in, nieuwsgierig wat de veranderde situatie met de karpers zal doen.

De volgende ochtend worden we verbaasd wakker: geen enkele aanbeet of ander teken van leven. Net als we beginnen te twijfelen, klinkt na het ontbijt eindelijk het verlossende geluid van een aanbeet. De tactiek werkt! YES! Dit geeft ons de moed om door te gaan. Bovendien is er geen enkele meerval meer gevangen. De storm had het water drie graden afgekoeld, en heel stiekem hoopten we die avond of nacht op een vroege run.

Mart is zo ook van de nul af

De tijd tikt

De één na laatste nacht breekt aan wanneer we rond één uur abrupt worden gewekt. Een Delkim piept dringend om aandacht! Snel haasten we ons naar de hengel, waar de vis zichzelf muurvast heeft gezwommen in de planten.

Na flink wat trek- en sleurwerk weten we een prachtige spiegelkarper te landen. De euforie is groot; het besef dat het nog maar één uur is, maakt het moment nog mooier. Normaal gesproken komen de aanbeten pas in de vroege ochtend. Op dit onverwachte succes proosten we met een fris biertje voordat we weer onder de wol kruipen.

Wat een vis!

Het slapen houdt echter niet lang stand. Om zes uur worden we opnieuw wakker, deze keer door een slip die als een malle giert. Wat volgt is een bijna identieke vangst: opnieuw een vis, en met zes stuks begint het echt ergens op te lijken.

Mijn grootste vis van de sessie

De kers op de taart

De laatste dag breekt aan. We voeren nog één keer goed en leggen de hengels stuk voor stuk strak op de juiste plek. Ik besluit de meest linkse hengel nog verder schuin naar achteren te plaatsen, op ongeveer 350 meter afstand, en voer daar twee kilo bij.

De rest van de dag brengen we ontspannen door: we ruimen wat op, drinken een paar biertjes en speculeren luidop over wat er nog zou kunnen gebeuren. Een mooi moment om even rustig de binnenkant van mijn ogen te bekijken.

Het blijft stil tot twee uur ’s middags. Dan krijgen we beet en raken we opnieuw in gevecht, dit keer met een flinke schubkarper. Na een spannende strijd komen we opnieuw als winnaar uit de bus. Het blijkt wederom een prachtig exemplaar, en we blijven ons verbazen over de zware gewichten van de gevangen vissen. Deze vangst brengt het totaal op zeven vissen, en ondanks het aantal hebben we de grens van vijftien kilogram nog niet bereikt!

Het plan lijkt langzaamaan te gaan werken!

Knotsgekke (laatste) ochtend

De ochtend begint spectaculair om zes uur, wanneer de verst gelegen hengel plots afgaat. Op deze plek had ik compact twee kilo voer neergelegd, dus de verwachtingen zijn hoog. Na een korte maar spannende dril hangen we de vis even weg, zodat ik snel alles opnieuw kan uitzetten en weer twee kilo voer kan bijvoeren.

Puntje gaaf…

Net wanneer we willen beginnen met opruimen, slaat dezelfde hengel opnieuw krom op de steunen. Na enige tijd scheppen we een prachtige, brute schubkarper. Wat een genot! En alsof dat nog niet genoeg is, krijgen we voor de derde keer die ochtend enkele piepen op dezelfde hengel. Mart en ik springen direct in de boot en gaan erachteraan.

Tot onze grote vreugde vangen we op het allerlaatste moment de grootste vis van de hele week. Een onvergetelijk moment dat de perfecte afsluiting van onze sessie vormt. Tijdens de terugrit blijven we nagenieten van deze fantastische vangst.

Een enorme beer om de sessie mee af te sluiten!

Over de auteur

Maarten Groeneveld

Reageer

Klik hier om een reactie te plaatsen