Het is 2019 wanneer ik via Messenger voor het eerst iets hoor van Bertus. Bertus heeft iets met de ongrijpbare roofblei. Hij komt uit Friesland; daar hebben ze veel, maar niet alles. Vooral roofblei is er nog niet massaal aanwezig. Bertus wil wel een keertje mee, maar het komt er nooit van. Gelukkig help ik mensen ook op afstand en na diverse appjes heen en weer wist Bertus in 2023 zijn eerste roofbleien te vangen op een plek die ik hem had verklapt.
In 2025 was het dan zover: na zes jaar heen en weer appen kwam het tot een echte date.
Missie Roofblei kon van start. Bij de helling stond Bertus met zijn vismaat Jan Peter al te wachten in het donker. De boot werd snel klaargemaakt en in de schemering gingen we onderweg. Missie roofblei, maar iedere andere vis zou een bonus zijn.
Eerste aanbeten
Op de eerste plek was er af en toe een forse klap in het ochtendgloren aan het oppervlak. Goed werpen is hier enorm essentieel. Het visbroed verschuilt zich tussen de keien langs de rivier. De roofblei weet dat en zit er heel dichtbij. Een worp verder dan twee of drie meter uit de kant is in principe kansloos. Een oer-Hollandse kloteworp, noem ik ze altijd.
Er zijn natuurlijk drie manieren om roofbleien te vangen: werpend met topwaters, werpend met kleine aasjes net onder de oppervlakte en trollend.
Methode drie, het trollen, valt gewoon af. De aanbeet is zo speciaal dat je dat niet trollend moet ervaren, maar het liefst met methode één. Oppervlakte-aasjes… Ik vang er zelf liever drie met topwater dan tien trollend. Methode twee is doeltreffender, ook leuk, maar je mist toch die enorme klappen met de staarten die ze vaak tegen je kunstaas geven.
We begonnen met de oppervlakte-aasjes. Al snel kregen we actie, maar het aas werd niet goed gepakt. Bertus was de eerste die overschakelde op de good old Slider 7. Toch was het een oppervlakte-aasje van Jan Peter dat de eerste roofblei over de streep trok en even mocht poseren.

De aanbeten op de topwaters bleven daarna uit. Bertus schakelde over op de Sliders en dat bracht hem geen wind-eitjes, maar veel roofbleien. De teller liep gedurende de dag steeds verder op. Hoewel we weinig jagen zagen, lagen ze kennelijk toch op scherp en pakten ze de Sliders keer op keer. Helaas was het gericht werpen soms funest: aasjes raakten beschadigd, verdwenen tussen de keien en kwamen nooit meer terug. Het hoort er allemaal bij. Zonder risico geen vangsten.

Wind, actie en humor
De wind speelde in de middag parten. Gericht gooien met flinke wind is al een uitdaging op zich. Toch moet ik bekennen dat het de heren heel aardig afging. De aanbeten bleven komen. De boot werd voortdurend op de juiste afstand van de stekken gehouden en perfect in stelling gezet om lekker te kunnen werpen.
Zichtbaar waren ze aan het genieten toen moeder natuur even op de rem trapte: er moest een bolus in het bos worden geparkeerd… Bertus werd aan de kant afgezet en verdween in het groen. Zijn Quantum-hengel lag er verleidelijk bij en ik besloot er een paar worpjes mee te maken. Geen probleem uiteraard. Maar bij de tweede worp bleek dat ik het nog niet verleerd was: de grootste roofblei van de dag was mijn deel.
Ook na duizenden roofbleien blijven die aanbeten verslavend lekker. Toen Bertus opdook uit de struiken, zag hij nog net hoe de roofblei op de foto werd gezet en weer mocht zwemmen. “Lekker stokkie!” riep ik nog. 😉

We vervolgden onze weg en nog meer stekken werden afgevist. De vissen bleven komen. De teller stopte bij achttien vissen in de boot, waarvan vijftien roofbleien.

Met groothoeklens-foto’s kan je altijd overdrijven. Deze roofblei van Jan Peter was niet de grootste van de dag.

Pech en succes
Ik had de twijfelachtige eer om een flinke meerval te verprutsen. Iets te gemakkelijk waren we naar een stil gedeelte van de rivier gegaan, waardoor er te veel lijn uit stond. De lijn raakte de bodem bij een steil talud en lijnbreuk was het gevolg. Een leuke meerval bleef helaas achter met een klein stukje kunstaas in of langs de bek. Vaak zitten ze net aan de buitenkant gehaakt, en de haken roesten weg. Ondertussen kan de meerval gewoon door eten en jagen, dus dood zal hij er niet aan gaan. Maar ja… all in the game. Als je niets wilt verspelen of niet wilt dat dit soort dingen gebeuren, moet je stoppen met vissen – en dat is voor mij geen optie.
Daarna kwam er nog een mooie rivierbaars aan de hengel van Bertus, maar die mocht eigenlijk bijna geen naam meer hebben.

Zeer tevreden keerden de mannen rond 17.00 uur terug richting Friesland. Een hele ervaring rijker: veel geleerd, veel gelachen, maar vooral veel gevangen.
Reageer