Zonder echt plan of doel..
Na heel wat jaren avonturieren rijden we wederom bij België de grens over, onderweg naar Frankrijk. Een soort routine na wat kortstondige voorbereidingen vooraf aan deze nieuwe weeksessie. Door de jaren heen merk ik dat plannen, doelen stellen en een lange voorbereiding verwachtingen scheppen die vandaag de dag – door omstandigheden die we niet in de hand hebben – vaak in rook opgaan. Die tijd ligt al even achter mij en daarom zwerf ik tegenwoordig samen met mijn maat door Frankrijk ‘zonder plan of doel’.
Niet hoeven nadenken of het te druk is op het water, de befaamde stek wel vrij is of het weer in het gebied wel een beetje kansrijk is. Het enige wat we nog uitstippelen is de route en kilometers naar een reeks wateren. Verder laten we onze intuïtie spreken en het lot bepalen wat het ons zal brengen.
Parkwater(en)
We rijden door het westen van Frankrijk, draaien van de snelweg om even een paar uurtjes te slapen. Een donker bospad enkele kilometers van de snelweg leidt ons naar de rand van een braakliggend terrein. Eenmaal de bedden langs de bus geplaatst maak ik snel een rondje en merk ik wat bij-zonders op.Veel Franse plaatsen (en bossen) kennen bijzondere bewoners, zoals wij dat in Nederland niet kennen.
De bewoners in diepe rust en wij enigszins verrast weer terug de auto in. We rijden voor de zekerheid maar enkele kilometers verder en stranden uiteindelijk midden in een maisveld, waar we in alle rust enkele uren kunnen slapen om de volgende ochtend onze weg weer te vervolgen.

Enkele uren later draaien we de snelweg af en besluiten het eens te proberen op een parkwater. We hebben de afgelopen jaren wel gemerkt dat er best wat parkwateren zijn in Frankrijk met een leuk bestand aan karper. Vaak zijn deze parken afgesloten, is nachtvissen niet toegestaan, maar lenen deze wateren zich bij uitstek om met een voerbootje gedurende de dag je ding te doen. Het hardcore vissen is er doorgaans niet aan de orde en de vissen kennen nog niet de klappen van de zweep. Het blijft wel een beetje aanpassen, zoeken naar een geschikte plek om rustig te vissen. Je deelt de plaats immers met veel meer recreanten en dat vraagt soms de nodige aanpassingen.

Het voordeel van parkwateren is dat het doorgaans allemaal niet erg moeilijk hoeft te zijn. Een goede voorbeurt 24 uur voorafgaand aan het vissen doet vaak al wonderen, het vangen is vaak een garantie en je kunt ze lekker overdag vangen. Hoewel een succesvolle sessie niet altijd meer voor de hand ligt, proberen we wel een beetje de wateren uit te zoeken waardoor we ook reële kansen creëren om succes
te boeken. Dit doe je door aan het begin of het einde van je trip op zoek te gaan naar een water waarvan je weet dat het in normale omstandigheden wat moet opleveren. Vaak kun je dergelijke informatie op internet al vinden. Een sessie met vissen gedurende de eerste dagen van je sessie of een back-up tijdens de laatste dag en/ of nacht(en) geeft toch nét even wat meer perspectief.
Groeiend vertrouwen
Bij aankomst kiezen we een slaapplek in een wijngaard en zetten deze vast in Maps. We vervolgen onze weg naar het water en kiezen voor de diepe kant van het water, op loopafstand van de auto, die – in dit geval – op de wind ligt. We kiezen voor compact voerwerk d.m.v. hier en daar plukjes boilies te strooien en een flinke hoeveelheid hennep. We vissen gedurende de dag en accepteren dat we mogelijk hinder ondervinden van witvis op de stek. Wederom een groot voordeel wanneer je besluit enkel en alleen overdag te vissen, tenzij je het natuurlijk fantastisch vindt om geen oog dicht te doen en de nacht doorvist. We hebben 1000 km gereden, gevoerd en het vissen zelf stellen we nog even uit. Er lijkt daardoor kostbare tijd verloren te gaan, maar het betaalt zich doorgaans echt terug. Zeker waar vissen (nog) niet zo onder druk staan.
De volgende ochtend zijn we er vroeg bij en brengen de rigs naar de juiste plekken. We vangen het eerste uur direct een aantal kleinere vissen en blijven de voerboot stug naar dezelfde plekken varen. De vissen liggen duidelijk op de stek en een paar handjes boilies hier en daar zorgt voor een snelle opvolging van aanbeten. Na verloop van tijd valt

het stil en voeren voorzichtig nog een beetje rond. Normaal gesproken had er al een betere vis doorheen moeten komen, zo denken we en proberen een beetje te spelen met het verleggen van hengels. Dit doen we met zo’n aanpak geregeld. Een hengeltje buiten de voerstek en net even wat dieper brengt mogelijk wat verandering. De hengels liggen een hele poos ongeroerd op de steunen en de middag trekt voorbij en hopen nog op mooie 15 kg plus vis.
De kleinere vissen zijn direct na het scheppen teruggezet om geen tijd te verliezen en snel de rigs terug te varen. Gedurende de dril verspreiden we iedere keer opnieuw hier en daar wat boilies, om eventuele aanwezige vissen direct weer te voorzien van aas en ze met name te laten zoeken. Met veel kleine vis is dat al vaker succesvol gebleken en lijkt er toch wat meer kans en vertrouwen voor grotere exemplaren te zijn. En dat blijkt ook nu het geval te zijn, want Jeroen vangt uiteindelijk een vis waarmee het vertrouwen in onze aanpak en sessie groeit

Het zusje van…
De volgende ochtend zijn we onderweg naar een water wat onze aandacht kreeg na een tip van een vriend. Het meer ligt ver van onze route, maar de foto’s spraken ons zo aan dat we besluiten deze lange afstand af te leggen. Wederom onvoorbereid en zonder verwachting richting een water, dat mij erg doet denken aan Lac de Saint-Cassien. Wat een mooie tijden hebben wij beleefd op dit water en wat kijken we uit te vissen in een vergelijkbare omgeving. Dat mooie, blauwe, diepe water; bergen met groen en hier en daar een campertje langs de water-kant. We tanken de bus nog eens vol, nemen een broodje en draaien de SD-kaart met muziek nog eens rond.
Na ruim vijf uur sturen draaien we van de snelweg en rijden ruim een uur door dorpjes heen, stoppen en nemen wat avondeten mee uit de plaatselijke supermarkt. Het telefoonbereik is hier slecht, maar het verbaast ons niets wanneer we steeds dichter richting het meer rijden, steeds verder buiten de bewoonde wereld. Versmallingen, bruggetjes en langs bergen maken deze rit niet minder leuk. De essentie van het spel ligt meer dan eens in het avontuur in plaats van het resultaat. De mindset is inmiddels van dien aard dat het eigenlijk niet kan tegenvallen en we niet echt bezig zijn met het vangenvan (grote) vissen. Zo botsen we uiteindelijk letterlijk tegen het meer wanneer we door de laatste haar-speldenbocht rijden. Wat een plaatje, maar waar begin je in hemelsnaam wanneer je niets van het water weet?

De barrage
Het water staat laag en er zijn vrijwel geen mogelijkheden om met de bus aan de waterkant te komen. Toch proberen we ons een weg te banen en stuiten tegen een witte bus van de enige karpervisser, niet ver van de waterkant. Het blijkt een Oost-Europeaan te zijn, samen met zijn vriendin. Volgens zeggen vangen ze al dagen nauwelijks karper en wanneer we even blijven staan zien we tijdens het inwerpen hoe gigantisch diep het is. We willen ons in eerste instantie richten op de barrage. Een plek die doorgaans op de meeste wateren, mits niet dieper dan een meter of 20, na het voorjaar altijd wel als een soort van viszekerheid dient. Althans, er huist altijd wel vis. Natuurlijk voedsel hoopt zich er vaak op en wanneer de barrage ook nog eens op de noordoostkant ligt dan is dit een prima plek om karper te vinden.
Na een sociaal praatje rijden we onder de laatste zonnestralen langs het meer naar de barrage. We moeten vandaag een plek zoeken waar we relatief makkelijk dicht aan het water kunnen komen omdat het over enkele uren donker zal zijn. Het water staat zo laag dat we met de auto uiteindelijk via een verhard pad over de gedroogde klei, kort aan de waterkant kunnen komen. We pakken uit, brengen de spullenboel in orde, verspreiden vanaf de landtong zes hengels op de punt waar we zitten, zetten onze ovals op en vallen niet veel later in slaap.

Later die nacht springen we in de boot op weg naar de plek waar een van de rigs gevonden is door iets waarvan we nog niet weten wat het is. Jeroen heeft flink sport aan een van de bewoners van het water en we drijven een flink eind van de stek. Spannende minuten volgen. Het zou natuurlijk wel gaaf zijn wanneer het vangen van een karper – op zo’n water – zo snel gaat lukken. De vis komt dichterbij en lijkt enkele minuten later vast te zitten. Bij het geven van lijn zwemt de vis weg, maar bij het inhalen van de lijn stuiten we op een obstakel. Na wat duw- en trekwerk realiseren we ons dat dit geen succes wordt. Zonder vis varen we even later terug naar de stek.
Finetunen
Eenmaal wakker zie ik Jeroen in de verte varen. Hij is zoals gewoonlijk weer lekker opportunistisch bezig en alvast opzoek naar betere aanknopingspunten. Ik vind het prima en wacht zijn bevindingen af. Na een uurtje afwezigheid, weet Jeroen het zeker. We moeten echt richting een stek op steenworp afstand naast de brug, die over het meer loopt. Iets minder enthousiast gooi ik de materialen in de boot en Jeroen rijdt de bus via hetzelfde verharde pad meer in de richting van de nieuwe stek.
De bus staat ver van de stek en dat gaat zeker een zware dobber worden, willen we vanaf deze stek later vandaag of morgen weer vertrekken. De stek, met enkele plekken tussen de 5 en 8 meter, leent zich voor meer spreiding, minder ver vissen en gevarieerder vissen qua dieptes. Bovendien biedt de stek een prachtig uitzicht op het water en geeft hierdoor meer mogelijkheden en kansen. We geven het minimaal nog één nacht om onze weg daarna te vervolgen richting het oosten van Frankrijk. Deze sessie staat immers in het teken van avontuur en niet op het uitzitten van de tijd op één en hetzelfde water.

Wanneer we de hengels weer hebben staan, passen we op gevoel wat zaken aan. Voorslag, een korte rig van een cm of 15 en niet te veel voeren. Ik zie doorgaans dat veel voeren de standaard is bij veel vissers, terwijl de meeste karpers dat inmiddels wel kennen en lang niet altijd even goed uitpakt. Veel voeren werkt, maar dan moet de vis wel echt los zijn en in de sector liggen. Het is de kunst om de karper eerst te activeren en daarna pas echt op het voer te zetten, zeker wanneer je in Frankrijk zit en niet al te veel tijd hebt. Probeer per situatie dan ook goed te kijken welke strategie daarop aansluit en ga niet altijd als een kip zonder kop te werk en kopieer hetgeen je in veel karperfilmpjes ziet niet te snel. Veel voeren kan altijd nog…

En door
De avond nadert en met enkele, iets verderop staande campertjes, genieten we van de stilte. Een kampvuurtje hier en daar en wat giechelende Duitse toeristen vermaken zich prima. De wind trekt aan en we nemen een duik onder de laatste zonnestralen. We denken alvast na over morgen en proberen ons daar al een beetje op voor te bereiden. Opportunistisch en impulsief als we zijn lopen we alvast een paar keer op en neer naar de bus om wat spullen weg te brengen. Dat scheelt morgen weer want het is echt een hele klim de berg op.
De bus hier naar beneden rijden is geen optie. De wind neigt naar een milde storm en we liggen beiden een beetje vermoeid op onze stretchers. Hier en daar trekt de huid en we voelen dat we een beetje verbrand zijn door alle activiteiten vandaag onder de zon. Het is warm weer geweest en we zijn in alle haast vergeten onszelf in te smeren.

Gedurende de nacht blijft het stormen en het wordt te gevaarlijk om het water op te gaan. Halverwege de nacht word ik wakker en kijk vanonder mijn oval over het water wanneer Jeroen zijn kanthengel in leven komt. Beiden lopen we zo snel als dat gaat naar de hengel en besluiten de vis ondanks de vele obstakels die het water rijk is, vanaf de kant te drillen. Het blijkt een kleine schub te zijn, maar het gevoel doet meer dan het resultaat in deze. Het is prima zo en we besluiten om in de schemering alvast te beginnen met opruimen. Het avontuur om verder te gaan lonkt en trekt zwaarder aan ons dan ooit daarvoor. Dit terwijl het tegelijkertijd heel onnatuurlijk is te vertrekken van wateren waar je vangt!
Met zweet op de rug lopen we de resterende spullen naar de bus. En net wanneer we weer richting de hengels lopen komt een van mijn hengels in beweging en draait de molenspoel overuren. We springen dit keer in de boot, het is immers licht en de wind is iets afgezwakt. Na een kleine tien minuten komt er een puntgave schub boven en ook hiermee bereiken we de volgende mijlpaal. Allebei een vis op dit water in zo’n korte tijd is te gek! We twijfelen geen moment om te blijven. We zwerven niet voor niets door Frankrijk zonder plan of doel. We moeten gaan!

Goed herinneringen
We hebben nog twee nachten tijdens deze sessie en we denken na waar we de ‘lat’ leggen voor onze laatste paar dagen. Onderweg richting het oosten van Frankrijk, een dikke 500 km rijden, passeren een aantal opties de revue en we praten nog eens na over de zomersessie de we kortgeleden in hetzelfde gebied maakten. Een zeer druk bevist gebied met meerdere wateren met een leuk karperbestand waar de timing toen optimaal was; wachten op een depressie en dan het maximale uit dat moment halen.

Het vraagt ook om een beetje mazzel, maar het kan effectief en succesvol zijn wanneer je tijdens een rustige periode maximaal kunt profiteren van het weertype en activiteit van karper. Het werkt vaak in perioden waar druk beviste wateren gedurende een warme zomer of milde winter nauwelijks worden bevist.
We voerden puur op de wind, op een acceptabele afstand en vanaf stekken met de auto bereikbaar, flink wat boilies, tijgernoten en hennep. Eerder in dit artikel gaf ik wat aan over (veel) voeren. Dit was zo’n geval waarin we in een vijftal dagen op meerdere wateren, bewust in een depressie en op de wind, heel wat kilo’s voerden. Denk aan één of meerdere dagen zo’n 7 tot 10 kilo per water.

Omdat de stekken met de auto makkelijk bereikbaar zijn en niet ver van elkaar liggen, is frequent voeren relatief makkelijk en is het relatief eenvoudig om snel op meerdere paarden te wedden en kansen te spreiden. Wij visten zelfs op één dag meerdere wateren af en dan krijg je snel door waar je op de juiste plek op het juiste moment bent. De hengeldruk, het vele voeren en continue onder druk staan van wateren en stekken, maakt dat karpers snel op ‘slot’ gaan en voorzichtig gaan azen. Deze manier van vissen kan – met een beetje geluk – heel succesvol zijn. Er zijn in Frankrijk heel wat gebieden waar meerdere wateren bij elkaar geclusterd liggen.
Wikken en wegen
Met dat in ons achterhoofd rijden we langs een grote Franse stad en wikken en wegen we zoals de meeste onder ons dat wellicht wel kennen. Het zijn de laatste twee dagen en iedere Franse sessie is een enkele reis. We besluiten af te buigen en te gaan kijken bij een inmiddels druk bevist circuitwater. Ik schrijf, want enkele jaren terug stonden we al eens eerder aan dit water en de karpers hebben een explosieve groei doorgemaakt. Dat is ook bij de Franse vissers niet onopgemerkt gebleven en jammer genoeg ook niet bij onze vrienden, de Garde de Peche.
Waar eerder alles mogelijk was, zijn momenteel flink wat regels die met tijden extreem gehandhaafd worden. Het is een typisch Frans circuitwater waar inmiddels meerdere factoren meetellen om succes te boeken. Een water waar je geen verwachtingen bij mag hebben. Het voordeel van ‘willen’ verkassen en enkele nachten op een water vissen is toch ook wel dat je vaak nét even in dat ongelukkige hoekje van het water gaat zitten. Daar waar je niet helemaal uit de voeten kunt met alle hengels en waar de stek niet optimaal is. Zo’n stek waar je normaal van zegt ‘daar zou je het gewoon eens een nachtje moeten proberen, maar geen week willen zitten’.

Het weer is inmiddels omgeslagen en de zon maakt plaats voor bewolking. Er dreigt wat regen aan te komen en de wind steekt ook nu weer wat op. De omstandigheden zitten mee en we hebben het op een verdom-hoekje van het water voorzien. Het voordeel van terugkeren naar een water waar je eerder bent geweest, is dat je vanuit oude aanknopingspunten verder kunt. We kiezen voor een stek midden in het riet, in een uitlopend hoekje daar waar de wind op staat en waar niet zoveel gevist wordt. Eenmaal de verhuizing met alle spullen weer achter de rug, zitten we op de stek. We zijn praktisch niet te zien en maken voor de laatste keer deze sessie onze hengels klaar. Kort voor het donker verspreiden we onze hengels en voeren niet meer dan een handje zeer verspreid per stek. Het werkt soms op wateren die onder druk staan en waar regelmatig veel voer in gaat. Een scherp rigje van Baitsolutions en aas van de Dutch Bait Company moeten het gaan doen.

De eerste nacht blijft vervolgens stil en we laten alles liggen. We doen niets anders dan de tijd voorbij laten gaan en kiezen bewust voor het winnen van vertrouwen bij de vis. Het is een water waar vissen bij tijden inactief zijn en heel argwanend kunnen zijn. We laten vaker één of twee hengels meerdere dagen liggen en wanneer deze alsnog vis opleveren, dan kan dat gedurende de sessie een oplossing zijn. We gebruiken hard haakaas, voorzien van krimpkous. De manier om met een gerust hart hengels te laten liggen.
Wind in de zeilen
De boel ligt en we zijn echt helemaal gesloopt van de afgelopen dagen; het zwoegen, het lopen en de vele kilometers in de auto. De regen tikt op de oval en de ratten lopen onder de stretcher door. We bespreken de afgelopen week en hebben weer veel geleerd. Eenmaal in slaap – zonder verwachtingen – word ik later weer wakker. Zo’n typisch moment waarin je beseft dat de laatste uren wegtikken. Het vertrouwen is niet groot meer, ik draai me om en probeer de slaap weer te pakken. Het volume van de Delkims staat erg zacht en ik zie de blauwe Delkim in de binnenzijde van mijn oval oplichten.

Mogelijk een rat die langs de hanger loopt en ik sluit wederom mijn ogen. Enkele seconde later een tweede piep, gevolgd door een derde en net wanneer we beide ons hoofdlampje aanzetten volgt een keiharde run. Ik neem de hengel in de handen en ga alvast in de boot zitten. De weg naar de vis is lang, veel langer dan mij lief is en we maken zo weinig mogelijk licht en geluid. Na enkele minuten dobberen we boven de stek en heb ik contact met de vis. Adrenaline ontbreekt anders dan gewoon en ik dril de vis alsof het dagelijkse kost is, omdat ik er geen verwachting bij heb. Had ik geweten wat ik gehaakt zou hebben, dan zou het beslist anders zijn geweest. De vis is er bijna, maar met acht meter diepte onder de boot lijkt het wel een eeuwigheid te duren.
Even twijfelend of de vis vastzit of gewoon haar gewicht in de strijd gooit, komt ze beetje bij beetje naar boven en ligt enkele minuten later op haar flank te dobberen. Ik schijn maar even met mijn hoofd-lamp om te zien om wat voor een vis het gaat. De spanning is inmiddels toch wel voelbaar in m’n lijf omdat ik realiseer dat hier grote karpers zwemmen. Nog niet wetende dat het gaat om een monsterkarper en één van de topvissen van het water, vraag ik Jeroen het schepnet onder de vis te schuiven. Jeroen schept de vis en geeft het schepnet over. Even denk ik dat het net vastzit aan de boot, maar besef dan even later toch dat het ‘gewoon’ een niet te tillen vis is! We hijsen de karper in de boot en daar ligt de vis waar iedere karpervisser van droomt.“Wes, dit is een mega-bak!” hoor ik Jeroen zeggen.

Op de stek wegen we de vis en zakken deze af. We varen de rig terug en proberen opnieuw te slapen. Maar ook dit is van korte duur en weer krijgen we een keiharde run op een van de kanthengels. Dit keer is het Jeroen zijn beurt en we kunnen de boot op de weerstand van de vis naar de stek laten driften. Ook deze dril voelt goed en ik spreek richting Jeroen uit dat ik hem ook een bak gun. Met een stevige dril, waar Jeroen gewoonlijk patent op heeft, zien we ook hier een schim van de vis. Ook dit lijkt een mastodont van het water te zijn en Jeroen zit met spanning in de boot en drilt de vis centimeter voor centime-ter dichter naar het wateroppervlak. De vis geeft zich gewonnen en ik schep ook voor Jeroen een enorme bak uit het water. Ik zie en voel de blijdschap door zijn aderen gieren en we geven elkaar de hand.

Dwing je geluk dan echt af? Of mogen we ons gewoon gelukkig prijzen met deze sessie waarin we alle wind in de zeilen hadden?
Deze visserij heeft ons de laatste jaren niet alleen veel mooie avonturen en vissen opgeleverd, maar vooral ook erg veel ontspanning en plezier. En dat laatste – als ik dat zo soms eens zie en hoor aan de waterkant – lijkt nog weleens te worden vergeten. En dat we daarmee soms ook vissen mislopen? Ach… dat mag de pret niet drukken. ‘Doe wat goed voelt, streef niets na’.

Reageer